Het kunstrolschaatsen is heel goed te vergelijken met kunstschaatsen op het ijs. Veel kunstschaatsers hebben vroeger aan kunstrolschaatsen gedaan of bedrijven die sport nog steeds. Ook bij het kunstschaatsen worden er kuren gereden, zelfs de sprongen zijn identiek. Artistieke waarde, concentratie, lichaamsbeheersing, een fijn gevoel voor maat en melodie, techniek en choreografie, dat is waar het om gaat bij kunstrijden. RC de Oude Molen doet aan kunstrijden en showrijden. Onze rolschaatsclub is lid van de NRBB (Nederlandse Rolschaats en Bandy Bond). In Nederland zijn zo’n 650 mensen lid van een rolschaatsvereniging, en daarmee is het in Nederland een kleine sport. Toch doen zo’n 25 landen mee aan de wereldkampioenschappen. Met name Zuid Europese landen als Italië en Spanje gooien daar hoge ogen. Maar ook landen als Duitsland, USA, Australië en Zuid-Amerikaanse landen domineren daar. Ook Aziatische landen (Taipei en Japan) bekwamen zich in onze sport. Het kunstrolschaatsen bevat meerdere disciplines, welke hieronder één voor één uitgelegd worden.
Het kunstrolschaatsen bestaat uit drie disciplines : Kunstrijden. (vrijrijden, paarrijden, (rol)dansen en figuurrijden) Showrijden. Formatierijden.
Kunstrijden
Marlou vd Walle, NKK 2009
Vrijrijden:
De schaats(t)er staat in deze discipline alleen op de baan. Het vrijrijden bevat een korte kür en (later ook) een lange kür. Tijdens deze uitvoering op muziek maak je sprongen die variëren van enkelvoudig (1 toer) tot 3,5 toeren! Dit in een choreografische samenhang met de muziek.
Bij het Kür-rijden moet men een kür op muziek rijden waarin sprongen, pirouetten en pasjes uitgevoerd moeten worden. Een kür is eigenlijk een op kunstrolschaatsen gereden ballet. Vanaf de klasse Cadet moet men een korte en een lange kür rijden. De naam kunstrolschaatsen geeft al aan dat de artistieke waarde erg belangrijk is in deze sport. Een positieve uitstraling is dan ook noodzakelijk. De kür wordt gereden voor een jury. De jury let op de technische uitvoering, de choreografie en muziek. Uiteraard ziet de kür van een beginneling er heel anders uit dan van een gevorderde kunstrolschaatser. Net als iedere sport moet kunstrolschaatsen geleerd worden. Zo’n beginnend rolschaatsertje wordt een “rolrinckel” genoemd. Alvorens haar of zijn eerste kür te kunnen rijden moet een rolrinckel eerst een aantal dingen leren. Als een beginner een aantal basistechnieken onder de knie heeft wordt het tijd om een kür te gaan rijden. Uiteraard zijn het voor deze rolrinckels nog geen lange küren. Qua tijdsduur circa anderhalve minuut. Een rolrinckel moet leren om de choreografie in zich op te nemen. Leren om daarvoor de hele rolschaatsbaan te gebruiken, naar de muziek te luisteren en te weten wanneer wat gedaan moet worden. Al heel snel worden rolrinckels eraan gewend om deel te nemen aan wedstrijden. Ze rijden dan hun kür in een echt kürpakje vaak met veel glitters. Zodra een rijder/ster de eerste Bondstest vrijrijden heeft behaald, is hij/zij rolrinckel af en gaat men over naar de volgende categorie waar nieuwe sprongen aangeleerd moeten worden en men ook een nieuwe kür krijgt. Zo gaat men alsmaar verder met steeds moeilijkere sprongen, passen, pirouetten etc. Opeenvolgend kennen we de volgende klassen: Rolrinckel Pre-Pupil, Pupil, Supermini, Mini, Espior, Cadet, Jeugd, Junior en Senior. Afhankelijk van leeftijd, in combinatie met behaalde testen, rijdt men in de A- of B-klasse.
Paarrijden:
Tevens kennen we bij het vrijrijden het paarrijden. Dit is gebaseerd op het vrijrijden, maar dan uiteraard met zijn tweeën, in schaduw of spiegelbeeld van elkaar. Hieraan worden specifieke liften, paarpirouettes en -figuren toegevoegd. Het is een moeilijke discipline waarbij de synchronisatie een zeer belangrijk punt is. Ook in deze discipline rijdt het paar zowel een korte- als een lange kür.
Figuurrijden:
Bij het figuurrijden wordt gebruik gemaakt van de figuren die op de vloer staan getekend. Via deze cirkels worden er verplichte figuren gereden. Dit zijn bogen met een doorsnede van 4, 5 en 6 meter. Deze figuren worden voorwaarts of achterwaarts, binnenwaarts of buitenwaarts gereden op één been. In deze bogen zijn moeilijkheden als drieën en tegendrieën een wendingen of tegenwendingen opgenomen om ieder figuur een eigen karakteristiek te geven. We onderscheiden de achtvorm, de slagenboog en de paragraaf. Als de sporter/ster op een nog hoger niveau komt komen daar lussen bij. Ook weer voor-, achter-, buiten- en binnenwaarts en in achtvorm, slangenboog of paragraaf.
De verplichte figuren zijn belangrijk qua houding en techniek indien je deze sport op hoger niveau wilt beoefenen. Voor niet-insiders zijn ze moeilijk te begrijpen. Trefwoorden bij het figuurrijden zijn: houding, nauwkeurigheid, stressbestendigheid en concentratie.
(rol)Dansen:
Het “dansen” is een discipline die nauw aansluit bij het paarrijden. Het grote verschil tussen beide disciplines is dat bij dansen geen sprongen en liften boven het hoofd zijn toegelaten. Belangrijk bij het dansen zijn de verschillende passen die met een uiterste precisie moeten uitgevoerd worden. Dansen is sierlijk, schaatstechnisch moeilijk en mooi om naar te kijken. De bewegingen moeten met een grote nauwkeurigheid uitgevoerd worden. We maken onderscheid in verplichte dansen, compulsury dance en de vrije dans. De verplichte dansen bestaan uit een vast, repeterend patroon, waarin alle passen en beats voor zowel de man als de vrouw zijn bepaald. Ook de muziek wordt van tevoren vastgesteld. In de vrije dans kunnen de paren zelf bepalen wat ze doen en de muziekkeuze is vrij. Het gaat bij dansen vooral om eenheid, voetenwerk, uitstraling, maatwerk, creativiteit en originaliteit.
De laatste jaren is ook solodansen een discipline binnen onze sport. De regels zijn hetzelfde met uitzondering van het feit dat nu geen paar op de vloer verschijnt maar een rijder of rijdster.
Showrijden
Groepsfoto, KerstROLLERshow 2006
Een andere discipline van de tak kunstrolschaatsen is het showrijden. Ook hier gebeurt de voorstelling op muziek, maar is nu in groepsverband. Een belangrijk aspect in deze discipline is het woordje SHOW. Het is belangrijk dat het team de jury en het publiek kan overtuigen van hun “verhaal”. Een shownummer omvat altijd een bepaald thema waar de kostuums, de bewegingen, de muziek en de choreografie op afgestemd is. Hier is originaliteit erg belangrijk. Jaarlijks geeft R.C. De Oude Molen drie KerstROLLERshows waar in het totaal zo’n 2100 mensen naar komen kijken. Een prachtige show waar elk jaar heel veel tijd en energie in gestoken wordt. Elk lid van de vereniging doet hieraan mee. In het jubileumjaar 2007 werd er een gouden jubileum KerstROLLERshow gereden.
Door de kleinste leden van de vereniging wordt elk jaar een spetterende zomershow gereden in prachtige kostuums. Hier komen ook elk jaar weer veel mensen op af. De Rollerhal is dan geheel in sfeer. Meestal wordt er in deze zomershow een verhaal, film of sprookje “nagespeeld”.
In 2000 organiseerde de TCK van de toenmalige NRB de eerste Europese kampioenschappen Showrijden in Eindhoven. Dat we daar als organiserend land met de titel bij de grote groepen gingen strijken had niemand durven dromen. Toch werd R.C. De Oude Molen uit Beek en Donk Europees kampioen in de categorie Big Groups. In de categorie Cadet Kwartet en Kwartet had deze vereniging al eens een Europese titel behaald maar met je hele vereniging kampioen van Europa worden is toch een kroon op je verenigingswerk.
Groepsfoto, Jubileum Zomershow 2007
Formatierijden:
Een laatste discipline is het formatierijden. Deze discipline gebeurt net als het showrijden in groepsverband. Het formatierijden is het in een groep uitvoeren van passen in patronen op muziek. We onderscheiden: een blok, een wheel, een cirkel, intersectie en rijden in een lijn als verplichte elementen. Het gebruik van verschillende armgrepen is verplicht. Het uitvoeren van sprongen of liften verboden. Tijdens het programma is een wisseling van ritme in de muziek verplicht. Tijdens het nummer wordt er in de muziek van ritme gewisseld. Het grote verschil met showrijden is dat de nadruk bij het precisieschaatsen ligt op de techniek van de voorgeschreven figuren. Het is bij deze discipline dan ook belangrijk dat de voorgeschreven figuren gelijk gereden worden door het hele team. Bij deze discipline ligt de nadruk dus meer op techniek dan op het showelement.
